Laat je leiden - gastcolumn door Onno Kleyn
‘Maar een ster leidde ons de weg!’ ‘Een ster? Een fles zal je bedoelen!’ Ik vertaal even vrij een scène uit Life of Brian van Monty Python. Nee, ik ben geen Wijze uit het Oosten, maar ik heb me toch heel dikwijls laten leiden door een fles. Overdrachtelijk. Toeristisch, om precies te zijn. Wijn is immers bezoekbaar, wijn komt ergens vandaan en doorgaans is dat ergens een aangename plek, een fijne streek, een aanbevelenswaardige regio.
Twintig tedere jaren telde ik toen een oudere neef mij vanaf de camping bij Uzès meenam om voor het eerst wijn te gaan proeven, in Gigondas. Natuurlijk, het had ook ergens om de hoek gekund, maar de Languedoc speelde toen nog niet erg mee in de vineuze kwaliteitsorkesten. Gigondas werd het, in het Orchestre Oenofilique du Rhône de tweede viool na sterspeler Châteauneuf-du-Pape. Eén pleintje telde het dorp, gul overschaduwd door een immense plataan van waaruit een zomers koor van cicaden een deken van gezaag en gesis over de werkelijkheid drapeerde. En daar was het proeflokaal, een piepklein holletje met een bar en een brede uitstalling van al het wondere rood dat de wijnhuizen leverden.
''Ik slurpte en snoof, nipte en snuffelde''
Hoeveel wijnen proefden we, vijf of zeven, of misschien acht? Ik weet het niet meer. Ik slurpte en snoof, nipte en snuffelde en proefde de Provence in de wijn, de tijm van de hellingen, het stof langs de weg, het blauw van de hemel. Daarna aten we op het terras van het naastgelegen Oustalet, paté met zure augurkjes en een donkere daube provençale, een urenlang gesudderde stoofpot met kruiden, olijven en, uiteraard, rode wijn.
Sindsdien heb ik veel wijnboeren bezocht, en ook wat wijngiganten. Ik verbaasde me over de verbijsterende leegte van de Spaanse hoogvlakte rond Rueda, probeerde mijn evenwicht te behouden op de steile leisteenhellingen langs de Moezel, trachtte in Chinon bij vijf graden iets van geur te ontdekken in glaasjes steenkoude rode Loirewijn. Was er een grootste gemene deler bij die bezoeken? Ja. Wijnmensen zijn doorgaans goedgemutst. Hebben er zin in, zelfs als het allemaal eens niet meezit (want jongens, 2021 wás me toch een rampjaar in Europa…!). Wijnstreken, wijndorpen zijn ook al zo opgeruimd en gastvrij. Zelf wijn maken is voor sommigen een droom, maar vergis je niet, het is vreselijk hard werken voor weinig geld. Je stemming is er echter bij gebaat, als ik het zo bezie. Wijnmakers zijn trots op hun wijnen en vertellen er met graagte over. Ze stralen energie uit. Werken met hun hoofd en hun handen, misschien is dat het. Ga vooral zelf eens kijken, ga op reis, wandel langs de paden, bel aan bij domaines en stap proeflokaaltjes binnen. Laat je gewoon leiden door een fles.
Bron: wijnkring nummer 1 | 2022